Wat is Psychomotoriek?

Wat is Psychomotoriek?

 

Je hoort de term 'psychomotoriek' steeds vaker voorbij komen.

Je kunt psychomotorisch werken, psychomotorisch coachen en begeleiden en psychomotorische therapie geven.

Maar wat is het nu precies?

Als je alleen al kijkt naar het woord zie je dat het uit twee delen bestaat: psycho en motoriek. Met psycho (of beter psyche) wordt alles bedoeld wat met het brein te maken heeft, en motoriek is alles wat met beweging te maken heeft.

Psycho-motoriek is dus bewegen om het functioneren van het brein te stimuleren op zowel emotioneel, sociaal, beweeg en denkgebied.

 

Bewegen voor het brein

 

Dit is heel breed uit te leggen:

  • In de ouderenzorg wordt psychomotorische therapie en begeleiding vaak ingezet om de ouderen in beweging te houden en zo het brein te stimuleren. Er wordt dan gewerkt met activiteiten, al dan niet in de groep, vaak met een speels karakter, om de mensen actief en in beweging te houden. Dit heeft een goede invloed op het brein ( stilzitten is achteruitgang) en de ouderen hebben plezier.
  • In de psychosociale hulpverlening worden cliënten bewust in beweging gezet om bijvoorbeeld ook lichamelijk toe voelen waar hun grenzen liggen en hoe zij deze ook letterlijk aan kunnen geven. Zo leren zij omgaan met bijvoorbeeld stress, angst en onzekerheid.
  • In de Psychomotorische Kindertherapie wordt vaak gewerkt met beweging en spel om kinderen veerkracht te leren ontwikkelen en te laten ontdekken hoe zij met problemen om kunnen gaan.

 

De woorden Psychomotoriek en Psychomotorisch worden vaak naast elkaar gebruikt waarbij de vraag altijd is: ‘hoe help je het brein op verschillende gebieden ontwikkelen met behulp van beweging?’

 

Naast de termen Psychomotoriek en Psychomotorisch zien we ook steeds vaker de term ‘Psychomotorische Ontwikkeling’ voorbij komen.

 

Wat is de Psychomotorische Ontwikkeling?

 

De psychomotorische ontwikkeling is dat deel van de ontwikkeling van een kind wat de bewegingsontwikkeling koppelt aan de breinontwikkeling.

Een baby die geboren wordt is wel klaar, maar nog niet af.

Het moet nog van alles leren, zoals bijvoorbeeld:

  • De motorische mijlpalen als omrollen, zitten, kruipen en lopen
  • De eerste woordjes
  • Het ontdekken van de wereld om zich heen

 

Een baby kan dit alleen ontwikkelen door te bewegen en door waar te nemen met de zintuigen; de ogen, de oren, het voelen met handen en mond, en iets minder door het ruiken en proeven.

Volwassenen volgen deze ontwikkeling graag. Denk maar aan de vragen als: ‘kruipt hij/zij al, loopt hij/zij al, zegt het al wat woordjes?’. We hebben er zelfs hele observatielijsten voor!

Beweging is dus belangrijk voor de breinontwikkeling, want het brein stuurt immers al die activiteiten aan.

 

Zonder brein geen beweging, maar zonder beweging ook geen brein.

 

Het brein heeft namelijk miljoenen zenuwcellen die ons hele functioneren aansturen, zowel

  • Fysiologisch ( onze lichaamsfuncties als hartslag en ademhaling)
  • Psychologisch ( onze emoties en ons denken)
  • Motorisch (de bewegingen )

 

Wat zijn die verbindingen in het brein?

 

Als een baby geboren wordt zijn al die zenuwcellen wel aanwezig, maar niet echt met elkaar verbonden. Het is echter wel belangrijk dat deze zenuwcellen met elkaar verbonden zijn zodat informatie sneller doorgegeven kan worden.

Veel van ons handelen gaat namelijk onbewust en supersnel, en daarvoor is een breed netwerk van verbindingen nodig.

Beweging zorgt ervoor dat deze verbindingen aangemaakt en versterkt worden.

Kijken we weer even naar die pasgeboren baby dan zien we dat de bewegingen nog totaal niet gecoördineerd en gestuurd worden.

Maar een paar weken later zie je al hoe een baby gericht naar de fles of borst kan pakken, en reageert op de omgeving door het hoofd te draaien of iets vast te pakken.

In de eerste levensjaren van een kind groeien die verbindingen het snelst. Kinderen zitten dus ook nooit stil. Niet omdat ze dat niet willen, maar omdat hun brein moet ontwikkelen door te bewegen!

Deze illustratie geeft een benadering hoe die groei van baby tot 2 jaar er uit zou kunnen zien. Deze illustratie is afkomstig van Courchesne et al,2007

 

Die eerste verbindingen worden ingezet om bewegingen bewust en gecoördineerd te laten verlopen, en zo ontwikkelen zich dus ook de motorische mijlpalen:

 

  • Hoofd omhoog houden
  • Omrollen
  • Bovenlijf opheffen
  • Tijgeren
  • Zitten
  • Kruipen
  • Staan
  • Lopen

 

Na het bereiken van de motorische mijlpalen kan het kind steeds beter bewegen, en dat betekent dat er nog meer verbindingen bij komen.

 

Rond 1,5 jaar neemt dan de ontwikkeling van het emotionele deel van  het brein een sprint.

Het kind ontdekt gevoelens, maar kan ze nog niet allemaal reguleren, en omdat de wereld om het kind heen groter wordt, ontvangt het ook steeds meer prikkels en ook daar moet het kind mee leren omgaan.

In de leeftijdsfase van 2 tot 4 jaar vindt dan ook een grote emotionele ontwikkeling plaats, en we kennen allemaal de uitdrukkingen:

-‘Ik ben twee en ik zeg nee’

-‘ik ben drie en ik doe het toch nie(t)’

Ook hier helpt beweging om deze gebieden in het brein te ontwikkelen.

 

In de kleuterfase van ongeveer 4 tot 7 jaar staat de cognitieve ontwikkeling steeds meer centraal. In deze leeftijdsfase zijn kinderen net sponsen; ze zuigen alle informatie op, mits het ze interesseert en ze zelf actief kunnen ontdekken en leren.

 

Je kunt de breinontwikkeling  grofweg onderverdelen in 3 fases:

  • De motorische ontwikkeling
  • De emotionele ontwikkeling
  • De cognitieve ontwikkeling

Psychomotorische vaardigheden

 

Gedurende deze ontwikkeling  worden ook andere vaardigheden steeds sterker:

 

  • Ruimtelijke oriëntatie; het kind ontdekt de ruimte om zich en welke plek het hier in inneemt. Het leert begrippen als groot en klein, en gaat merken hoe iets ergens in past of niet.
  • Coordinatie; het kind ontdekt structuren en patronen en dat helpt het bij het uitvoeren van taken, zowel motorisch als cognitief. Denk hierbij aan het leren fietsen of zwemmen wat heel veel coordinatie vraagt. Zelf aankleden valt hier ook onder, want wat doe je eerst aan en hoe doe je dat?
  • Discriminatie; dit betekent dat het kind dat wat het hoort, ziet en ervaart kan gaan vergelijken en onderverdelen in hetzelfde en anders. Dit leidt weer tot:
  • Organisatie; het kind gaat de kennis en vaardigheden die het opdoet organiseren om het te kunnen inzetten op het moment waar dat nodig is
  • Lateralisatie; het vermogen van het lijf om elk lichaamsdeel afzonderlijk in samenwerking met de andere delen te kunnen gebruiken, wat zich uit in het ontwikkelen van een dominante kant en een ondersteunende kant. Bijvoorbeeld de dominante hand schrijft, de ondersteunende hand houdt het papier op z’n plek.

 

Deze psychomotorische vaardigheden spelen een belangrijke rol in schoolrijpheid en hebben grote invloed op hoe een kind doet en leert.

 

Wil je weten hoe deze psychomotorische vaardigheden bijdragen aan de leervoorwaarden, lees dan dit volgende artikel.

 

Belangrijk in de psychomotorische ontwikkeling van een kind is ook de zintuiglijke ontwikkeling. Daar kun je binnenkort hier meer over lezen.

 

Hoe kun je de psychomotorische ontwikkeling van een kind stimuleren?

 

De psychomotorische ontwikkeling maakt deel uit van de hele ontwikkeling van een kind. Een uitnodigende en veilige omgeving stimuleert deze ontwikkeling. Verder is belangrijk dat kinderen: 

 

  • veel bewegen
  • zelf kunnen ontdekken en uitproberen
  • een stimulerende  omgeving hebben
  • niet teveel stress ervaren
  • emotionele veiligheid ervaren
  • meedoet aan gezamenlijke activiteiten als:

    -gezelschapspelletjes

    -voorlezen

    -samen knutselen

 

Wat is er niet zo goed voor de psychomotorische ontwikkeling?

 

Te weinig bewegen, te weinig interactie met anderen en te veel achter een schermpje helpen de psychomotorische ontwikkeling niet vooruit.

 

Dit heeft een negatief effect op de ontwikkeling van de psychomotorische vaardigheden, die op hun beurt weer nodig zijn voor het ontwikkelen van de voorwaarden die nodig zijn voor een kind om te functioneren in de wereld om zich heen, zoals

 

  • Emotieregulering
  • Zelfvertrouwen en Zelfbewustzijn
  • Autonomie
  • Sociale competenties als samenwerken, helpen, teleurstellingen accepteren
  • Veerkracht

 

Welke opleiding kan ik volgen om meer te leren over deze psychomotorische ontwikkeling?

 

Er zijn diverse opleidingen op het gebied van Psychomotorische Therapie.

Dit zijn voornamelijk HBO-opleidingen en duren vaak meer dan 4 jaar.

Heb je al een HBO-diploma, werk jij met kinderen en wil jij je met name verdiepen in de psychomotorische ontwikkeling en hoe dit invloed heeft op leren, concentreren en gedrag?

 

Dan is de Opleiding Psychomotorisch Kindercoach een optie.

 

Dit is een geaccrediteerde post-HBO opleiding waarbij je de linken gaat leggen tussen de psychomotorische ontwikkeling en jouw werk met kinderen in bijvoorbeeld onderwijs, jeugdzorg, kinderfysiotherapie, kinderergotherapie en logopedie.

Nieuwsgierig?

Beweeg &Groei Opleiding en Training verzorgt opleidingen op het gebied van Psychomotoriek, Bewegend Leren en Reflex Integratie.

 

Vraag vrijblijvend onze Studiegids aan. Je kunt deze hier downloaden zonder je email adres op te geven.

Wil je de blogs in je mailbox ontvangen, laat dan hier je email gegevens achter.